donderdag 13 januari 2011

Het nut van politieke partijen

Wat is het nut van politieke partijen vroeg iemand me via Twitter voor een werkstuk van school. Ik zal hier geen heel verhaal over ophangen (het is jouw opdracht, niet de mijne), maar 140 tekens is hier toch echt te kort voor, vandaar dit blogpostje.

De eerste vraag die in me opkomt is: wat is het alternatief? Politieke partijen bestaan in Nederland nu zo'n 120 jaar (als oudste Nederlandse partij geldt de ARP in 1879). In die tijd bestond er in Nederland nog een districtenstelsel. Tegenwoordig hebben we evenredige vertegenwoordiging, en stem je dus op een lijst. Het toenmalige systeem, dat iemand zich simpelweg persoonlijk kandidaat stelt, is in ons huidige kiessysteem niet werkbaar.

Iets van partijen zul je dus wel moeten hebben, maar wat wel voor te stellen zou zijn, is dat er elke verkiezingen mensen bij elkaar komen om samen een lijst te vormen, zonder dat daarvoor een heel partij-apparaat nodig is dat ook tussen de verkiezingen door op volle toeren draait, of zelfs maar bestaat. Feitelijk is de huidige situatie van de PVV daar al mee vergelijkbaar - een echte partij is dat niet, ondanks de naam. Dat lijkt dus een beter uitgangspunt - waarom zou je een groot partijapparaat met leden, congressen en wat dies meer zij hebben, in plaats van kieslijsten die voor de verkiezingen samen te stellen, waarbij de partij niet meer is dan de lijst?

Ik denk dat het grote voordeel is dat op deze manier veel meer mensen bij het politieke bedrijf betrokken kunnen zijn. Politici hebben via hun partij veel meer contact met hun achterban, die daardoor hem of haar van advies en sturing kunnen dienen. Partijen zorgen er dus voor dat er meer ideeën op plaatsen komen waar de politiek ze oppikt. Ook vormen ze een aanspreekpunt voor buitenstaanders die met de politiek in contact willen komen, wat naar mijn mening beter werkt dan dat de politici dit alles zelf zouden moeten doen.

Een tweede punt is dat ze als een leerschool en selectie kunnen dienen voor nieuwe politici. Als er geen partijen waren, zou vaak een politicus alleen, of slechts met een klein groepje, kandidaten moeten uitzoeken. Omdat er zo weinig personen zijn om de selectie te doen, zal men ook slechts weinig personen kennen. En dat betekent dan dat of kansrijke kandidaten moeten worden afgewezen, of er kandidaten aangenomen moeten worden die uiteindelijk ongeschikt blijken te zijn. Een dergelijk risico is veel kleiner als er een groot partij-apparaat is om uit te putten, met mensen die zich vaak al jaren binnen de partij of in minder gewichtige politieke functies hebben laten zien.

Wellicht een derde punt is dat partijen voor de kiezer duidelijkheid geven door continuïteit. Splitsingen of samenvoegingen van partijen, succesvolle nieuwe partijen en personen die van partij veranderen - ze komen allemaal voor, maar ze zijn wel voldoende zeldzaam dat het voor een politiek geïnteresseerde kiezer duidelijk blijft wat er aan de hand is. Zonder partijstructuren die de duur van een regeringsperiode overtreffen, zou het denk ik veel vaker voorkomen dat personen van de ene op de andere verkiezingen lijstgenoten worden of juist uiteengaan. Dat zou wellicht de keuze groter maken, maar de duidelijkheid moet dan toch duidelijk inleveren.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten